Rosa (36) heeft schulden: ‘18 schuldeisers, maar ik koop liever een iPhone dan dat ik ziektekosten betaal’
Rosa (36) heeft schulden. Het gat in haar hand hield het grote zwarte financiële gat in stand. Totdat ze ging samenwonen, en haar vriend haar dwong om het op te lossen.
“Toen ik vijftien maanden geleden bij mijn vriend introk en na de verhuizing de dozen uitpakte, vond ik een stapeltje dichte enveloppen. Ik maakte ze open (ik was toch aan het opruimen) en zag dat er wel een dwangbevelletje of vier tussen zat. Nu betalen, anders… Ik kreeg meteen een steen in mijn maag – die heb ik standaard als ik een rekening krijg, laat staan een laatste herinnering – maar zag dat de meeste ellende gelukkig al opgelost was. Niet doordat ik inmiddels al betaald had, hoor. Eerder omdat de meeste instanties op een gegeven moment gaan bellen, en ik betalingsregelingen afsprak.”
Hoge schulden
“Even voor de beeldvorming: ik heb een bijzonder goed salaris. Ik doe geen héél gekke dingen, en heb geen gok- of koopverslaving (alhoewel, die laatste misschien een beetje, daar kom ik nog op). Maar ik heb al sinds ik me kan herinneren een diepgewortelde angst voor post – inmiddels een geregistreerde aandoening als je het mij vraagt: dat je direct wegduikt c.q. acuut aan het zuurstof moet als je de postbode alleen al je tuinpad op ziet lopen – en ik heb schulden. Best wel hoge schulden.
Ik heb nooit erg goed met geld om kunnen gaan. Ik kan slecht prioriteiten stellen, hou van kleding (vooral in de uitverkoop, als er ergens 30 procent vanaf gaat, kun je drie keer zoveel kopen), van nieuwe (kook)boeken en gadgets, en ik geef het geld dat ik tot mijn beschikking heb uit aan de verkeerde dingen. Soms is een nieuwe blouse kopen gewoon even veel belangrijker dan je telefoonrekening op tijd voldoen, toch?
Jarenlang trok ik het allemaal nét. Maar toen ging ik scheiden – inmiddels vijf jaar geleden – en liep alles volledig uit de hand. Ik kon het huis waarin ik achterbleef in mijn eentje niet betalen, bouwde knetterhoge achterstanden op, en omdat ik alles wat er binnenkwam aan huur en boodschappen en gas en licht moest besteden, kon ik niets reserveren voor de belastingdienst. En van dat laatste pluk ik nu nog steeds de zure vruchten.”
Ruzie over geld
“De eerste maanden dat ik bij mijn vriend woonde, ging elke ruzie die we hadden over geld. Nog meer beeldvorming: mijn vriend houdt zijn administratie bij in een Excel-sheet, die hij zelfs aanpast als de maandelijkse kosten van de Nuon met 42 cent stijgen. Hij geeft geld pas uit als het op zijn rekening staat, en dus niet met een creditcard omdat er overmorgen toch salaris gestort wordt. Laten we zeggen dat er soms wat wrijving kan ontstaan als zo iemand verkering krijgt met een vrouw die geld geeft aan degene die het hardste schreeuwt, en wier keuzes (liever een nieuwe iPhone dan ziektekosten betalen) misschien niet altijd helemaal volgens de richtlijnen van het Nibud zijn.
In de basis vindt hij alles wat ik doe best, al eiste hij min of meer dat ik na al die jaren dat ik van dreigbrief naar incassotelefoontje leefde, mijn shit op orde zou krijgen. Vooral voor mezelf – hij zag hoeveel stress ik ervan had – maar natuurlijk ook wel voor hem. Mijn Excel-meneer had hard moeten knokken om het financieel helemaal voor elkaar te hebben, en die lijstjes waren bedoeld om dat vooral zo te houden. Dat ik als administratieve onbenul/sloopkogel zijn deuren moest gaan barricaderen om eventuele gerechtsdeurwaarders buiten te houden, en dat er misschien wel iemand langs zou komen die in een notitieblok ook zijn spullen ging opschrijven, was een vooruitzicht dat hij bar slecht trok. En terecht.”
Een grote puinhoop
“Samen met mijn vriend en schoonvader – die wist van mijn geld-gedoe en ook graag wilde helpen – maakte ik een plan om te gaan af- en oplossen. Ik moest ze de lijstjes die ik maakte wel laten zien. Ik vond het vernederend om me zo bloot te geven. Wat een puinhoop had ik ervan gemaakt. Ik gooide alle lopende leningen op een hoop (zodat ik drie schuldeisers had in plaats van achttien), kon mijn vrienden van de Belastingdienst zowaar verleiden tot betalingsregelingen, en zwoer plechtig op de zon en de maan dat ik nooit meer een envelop langer dan vierentwintig uur dicht zou laten. Ik vulde alles in in mijn eigen Excel-lijst, zodat ik ook op den duur zou kunnen zien hoe de bedragen naar beneden gingen.
Inmiddels zijn we een klein jaar verder. Mijn totale schuld is best gezakt, maar ik ben er nog lang niet. Eén betalingsregeling die ik had met de Belastingdienst is alweer gestopt – ik was één keer twee dagen te laat met betalen – en aan het einde van mijn geld heb ik nog altijd een stukje maand over. Ik heb een lichte angst voor mijn Excel-sheet ontwikkeld, die ik om die reden dus niet meer heel fanatiek invul. Hoe ik er precies voorsta? Ik heb werkelijk geen flauw idee.”
Vier vrouwen over financiële onafhankelijkheid
Advies nodig
“Ik besloot Nathalie van Wingerden van How2spendit.nl te bellen voor advies. Nathalie en haar compagnon Joëlla Opraus willen met hun site, en hun boek De financiële detox antwoord geven op alle financiële vragen. Misschien weten zij nog dingen die ik over het hoofd zie, en kan ik eindelijk dat laatste staartje ellende en chaos opruimen.
Ik vraag Nathalie dus wat haar belangrijkste tips zijn als ik nu eindelijk écht financieel fit wil worden. ‘Het allerbelangrijkste blijft toch inzicht in je financiën,’ zegt ze. ‘Dus precies weten wat er binnenkomt en wat er uitgaat. Wij merken dat nog steeds niet iedereen dat inzicht heeft. Ten tweede raden wij aan om financiële doelen te hebben; de meeste mensen hebben geen plan. Sparen zou je niet moeten doen omdat je denkt dat dat hoort, maar vanuit een intrinsieke drijfveer. Tot slot kan het ook nuttig zijn om wat dieper in de relatie die je van huis uit met geld hebt opgebouwd, te duiken. En te kijken of en hoe die opvattingen jou nu nog beïnvloeden. Sommige mensen gaan bijvoorbeeld heel erg op hun geld zitten als ze stress hebben.’
Door wat Nathalie zegt, realiseer ik me dat mijn administratie nog steeds een beetje natte vingerwerk is, hoe goed ik in eerste instantie ook dacht dat ik het doe. Ik ben mijn financiën nog meer onder de loep gaan nemen. Echt net als mijn vriend tot achter de komma alles in Excel knallen, pas dan krijg je écht inzicht.
En ik kom uit een gezin waarin mijn vroegere stiefmoeder zichzelf troostte met dure dingen als ze zich rot voelde of als ze stress had – precies mijn relatie met geld. Hoe moeilijk het ook is, ik probeer mezelf op die momenten nu te troosten met zaken als een lekkere douche nemen of een fijne serie kijken, en blijf weg bij sites als Zalando en Bol.com. Als ik wel online ga en per ongeluk naar dergelijke webwinkels surf, moet ik van mezelf in ieder geval 24 uur wachten met daadwerkelijk kopen. Als ik iets echt graag wil, is het er een dag later ook nog wel.”
Zelfde als een dieet
“Ik heb gemerkt dat goed met geld omgaan – of, in mijn geval: jezelf wegtrekken van de financiële afgrond – een beetje hetzelfde is als het volgen van een dieet. Je begint vol goede moed, en weegt zelfs je ijsbergsla af om het aantal calorieën dat je binnenkrijgt nauwkeurig in je app te kunnen zetten. Maar na een tijdje schat je het gewicht van je etenswaren een beetje in, en vul je alleen iets in als je tijd over hebt.
Nathalie begrijpt en herkent dat. ‘Het is wel heel slim om je uitgaven een maand lang nauwkeurig bij te houden,’ zegt ze. ‘Als je dat bijhouden langer doet, word je inderdaad gek. Vaak zie je na zo’n maand dan dat je geldt uitgeeft aan dingen die je eigenlijk nauwelijks opvielen. Als jij bijvoorbeeld elke dag onderweg een broodje en een drankje haalt bij de benzinepomp, tikt dat behoorlijk aan.’
Begin dit jaar dacht ik toevallig ook na over dit vraagstuk, en meende ik te weten waar mijn onverwachte kostenpost lag: de supermarkt. Na een dag of vijf zag ik al dat ik gelijk had, dus durfde ik het niet langer dan twee weken bij te houden. Ik weet van tevoren nooit wat ik moet koken, en doe dus elke dag boodschappen. Ik neem dan veel meer mee dan ik nodig heb en gooi ook altijd heel veel weg.
Ik blijk op maandbasis voor 1000 (!) euro boodschappen te doen voor een huishouden van drie personen. Dat het (veel) hoger is dan het bedrag dat een gemiddeld gezin daaraan uitgeeft, wist ik wel, maar ik schrik van hóeveel hoger. Als ik een beetje ga googelen, kom ik erachter dat de meeste gezinnen met twee kinderen (dus eentje meer dan ik heb) zo’n 400 euro per maand aan boodschappen besteden…”
Het gaat mis
“Ik vind het lastig om dit soort dingen met anderen te delen, zelfs met mijn vriend. Want hoe dom is het dat je zoiets constateert, maar niet in staat bent om het te veranderen? Sowieso is alles wat met geld te maken heeft taboe. Als je niet met geld kunt omgaan, of schulden hebt, praat je daar niet over. Het is iets om je voor te schamen.
Nathalie van Wingerden legt uit dat geld vooral in Nederland echt iets is dat je voor jezelf houdt. ‘Maar we zien dat mensen het prettig vinden als anderen hun ervaringen op dit gebied delen,’ zegt ze. ‘Het taboe kan langzaam doorbroken worden door wél te praten. Dat raden we trouwens altijd aan, ook als iemand bijvoorbeeld geld van je wil lenen, of als je niet de ruimte hebt om met anderen een gezamenlijk cadeau voor een bruiloft te kopen.’
Inmiddels gaat mijn situatie de goede kant op. Ik kon onder mijn dure leaseauto uit, wat me bakken geld scheelt, en ben gestopt met roken, waar ik 300 euro per maand aan uitgaf. Voor het eerst in lange tijd vraag ik me ’s avonds in bed niet meer af en toe af of ik misschien niet gewoon de schuldsanering in moet. ‘Het hoeft niet zo ver te komen,’ zegt Nathalie.
‘Onze tip is: zo vroeg mogelijk aan de bel trekken als je financieel dreigt te verzuipen. Vaak zie je al ver van tevoren aankomen dat het misgaat, maar wacht je tot het laatste moment met hulp vragen. Ook hier geldt weer: práát. Laat bijvoorbeeld iemand uit je vriendenkring of familie die er verstand van heeft, eens naar je situatie kijken.’
Hoewel ik niet zelf aan de bel trok, maar min of meer gedwongen werd door mijn vriend, heb ik het dus niet helemaal verkeerd gedaan. Ik heb nu zelfs een financieel doel: over drie jaar schuldenvrij zijn. Daar moet ik nog veel voor doen (nou ja, vooral laten). Ik ben blij dat ik het mes op de keel kreeg. Maar eerlijk is eerlijk: mensen die geldzaken leuk vinden, of er lol in hebben om te besparen en te rekenen, begrijp ik nog steeds niet.”
Dit verhaal stond eerder in Flair.