Mannengeheimen: ‘Mijn baas is een saaie bal, maar ik doe alsof we vrienden zijn’
Robert (29): “Vorige week werd de inschrijflijst van de kamerindeling voor het bedrijfsuitje naar Brussel rond gemaild. ledereen mocht daarop aangeven met wie hij op een kamer wilde. Bijna iedereen. Robert en Daniël slapen samen, schreef de secretaresse onderaan de lijst. Voor haar, mijn baas Daniël en onze andere collega’s, lijkt er geen twijfel mogelijk: Daniël en ik zijn goed bevriend en delen vanzelfsprekend een hotelkamer.”
“Maar die vriendschap is van mijn kant helemaal niet gemeend. Diep vanbinnen vind ik mijn baas een saaie bal. Al zal ik dat nooit tegen hem of mijn andere collega's zeggen.”
Precies het tegenovergestelde
“Ik ken Daniël nog van mijn studie. We zaten in hetzelfde jaar, reisden samen met de trein naar college, maar trokken verder niet met elkaar op. Ik had mijn eigen vriendengroep en leefde het leven van een echte student: veel uitgaan, behoorlijk drinken, weinig leren. Daniël was precies het tegenovergestelde.Hij woonde nog bij zijn ouders en haalde tienen bij de vleet. Hij was een nerd, een eenling.
Na ons afstuderen heeft Daniël zich verder ontwikkeld: hij heeft nog een studie gedaan en vond meteen een baan. Ik ben eerst een beetje gaan freewheelen. Ik heb hier en daar wat baantjes gehad en nam met mijn vriendin Nienke een sabbatical. We zijn een jaar door Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Amerika getrokken. Toen ik terugkwam, was ik klaar voor het serieuze werk en ben ik gaan solliciteren. Met weinig succes, want er zit best een groot gat in mijn cv en door de economische recessie liggen de banen niet voor het oprapen. Vier maanden lang kreeg ik afwijzing na afwijzing.
Maar toen kreeg ik een uitnodiging me aan te sluiten bij het Linkedin-netwerk van Daniel. Ik zag dat hij een behoorlijke functie had bij een multinational. Dat bood perspectief! Mijn bericht aan hem was alleraardigst, op het slijmerige af, Ik vroeg hoe het met hem ging, schreef dat ik best trots op hem was en gooide meteen een balletje op.”
Gedwongen vriendschap
“Wist hij misschien nog een baan voor mij? Daniel reageerde enthousiast: toevallig zochten ze op zijn afdeling een boekhouder. Binnen de kortste keren had hij een sollicitatiegesprek voor me geregeld en niet veel later kon ik aan de slag. Onder zijn leiding nog wel. Ik was door het dolle heen. Dat is nu acht maanden geleden.
Sindsdien zit ik gevangen in een gedwongen vriendschap die zich ook buiten de werkvloer manifesteert. Als dank voor zijn ‘kruiwagen', vroeg ik Daniel namelijk mee te gaan golfen met mij en mijn vrienden. Elke zondagochtend lopen we met een clubje achttien holes. Dat vond Daniel verschrikkelijk leuk. Maar na die ene keer wilde hij meteen de week erna wéér afspreken. Ik durfde geen nee te zeggen, uit angst dat hij mij ondankbaar zou vinden. Maar toen zat ik er aan vast. Daniel werd lid van mijn golfclub en stond zondags stipt om elf uur op de baan. Om vervolgens als een hondje achter ons aan te draven. Dat doet hij nog steeds.
En nog erger, hij blijft vaak nog plakken in het clubhuis ook en hangt dan in de buurt van mij en mijn vrienden. Mijn golfmaten balen hier flink van, ze vinden Daniel een dooie. Daniel zelf is er heilig van overtuigd dat wij vrienden zijn.”
Schone schijn
“En dat denken de anderen op kantoor ook. Bij elke borrel staat hij naast mij of in mijn buurt. Hebben we een vergadering, dan houdt hij een stoel voor me vrij en als er een uitje wordt georganiseerd, ben ik min of meer genoodzaakt samen met hem in de auto te reizen. Afschuwelijk, want ik erger me rot aan zijn slome rijstijl en val in slaap van zijn verhalen. Hij maakt niets mee, heeft geen relatie en amper vrienden. Tijdens zulke weekenden praten we dus een beetje over werk of golf. Maar eigenlijk ben ik na vijf minuten al klaar met hem.
Voorlopig houd ik de schijn op. Ik heb een jaarcontract en ik wil dolgraag dat dat wordt omgezet in een vaste aanstelling. Want het werk is interessant, het salaris heel goed en -buiten Daniel - heb ik leuke collega's. Daarbij willen mijn vriendin Nienke en ik in de toekomst een huis kopen. Dan is een vast contract een vereiste. Zij vindt dat ik maar toneel moet spelen en een stukje privéleven moet inleveren voor Daniel. Dat is het beste voor mijn carrière. Daniël heeft laten doorschemeren dat hij me, zodra de kans zich voordoet, assistent-leidinggevende maakt. Dat idee verzacht een hoop.”