Lisanne: 'Door een foutje van de receptionist stond er opeens een halfnaakte man naast mijn bed'
Een foutje van de receptionist bracht mij en Yerik bij elkaar. Ik was net in St. Petersburg aangekomen. Mijn backpack rook nog naar nieuw, ik had honger, stonk naar vliegtuig en er stond een halfnaakte man bij bed nummer tien dat ik toegewezen had gekregen bij de receptie.
Halfnaakte
“Eh,” zei ik. “Hi,” zei hij – en hij zwaaide er enthousiast bij. “Dit eh,” zei ik, “is mijn bed.” “Nee, ik slaap hier al drie dagen in.” Hij was net bezig met een shirtwissel, hij zag er goed uit, concludeerde ik. We waren even oud, bleek toen we een paar uur later bier dronken in een café met harde rockmuziek. Hij studeerde computerwetenschappen in Moskou en was in St. Petersburg om een beetje te reizen.
“Verder kom ik niet,” zei hij. “Niet zoals jij.” Ik vroeg hem wat hij bedoelde. Hij wees naar mij. Priemend, maar niet verwijtend, want god, die glimlach, lief, zo lief – en die lach, zo leerde ik later die week, verliet zijn gezicht nooit en die constante emotie maakte hem ook ongrijpbaar. Ik kreeg geen grip op Yeriks gevoel, leven, wat hij deed, of hij gelukkig was, of hij net zo’n overzichtelijk studentenleven had als ik, met betrokken ouders, feestjes en tentamens, vluchtige scharrels en hechte vriendschappen.
Er was een taalbarrière: Google Translate was er altijd bij. We trokken een week met elkaar op. Yerik leidde me rond door de stad. Hij leerde me Russische woorden. We dronken wijn in het park. We zoenden niet, er ontstond iets wat meer betekenis kreeg dan een vluchtige vakantieverkering: we werden vrienden. Hij had in Nederland willen studeren, of Engeland, maar had daar het geld noch de talenkennis voor.
“Jullie Europese mensen,” had hij op onze eerste avond gezegd, en nam een slok van zijn bier, “jullie kunnen overal naartoe. Jullie hebben geld. Een goed paspoort.” Ik snapte hem toen niet. Ik geloof niet dat Yerik een glazen bol had en deze oorlog had kunnen voorspellen, maar hij was zich toen al bewust van de bevoorrechte positie van het land waarin mijn wieg had gestaan. Yerik had pech.
Lees ook Lisanne: ‘Ik dacht zelfs een paar keer: gééf me die milde omikronvariant nou maar gewoon’
Zijn land is aan een oorlog begonnen, maar het is geen oorlog die hij had willen voeren. Bovendien: zijn halve familie woont in Oekraïne. ‘I’m bit afraid,’ had hij me gestuurd voordat Facebook in Rusland uit de lucht werd gehaald. Had Yerik in Nederland gestudeerd, dan was hij nu, vanwege zijn Russische afkomst, door sommige Nederlanders uitgekotst.
Uitbaters van Russische winkels ontvingen haatberichten, de Vierdaagse verbood wandelaars uit (Wit-)Rusland, een Russische restauranthouder kreeg te horen dat hij moest oprotten. Je reinste discriminatie. Ik schaam me voor deze oneerlijke kortzichtigheid, ik wil Yerik laten weten dat ik deze oorlog in eerste plaats voor Oekraïne, maar óók voor hem vreselijk vind. Maar het is stil aan zijn zijde.
Op mails reageert hij niet, op Facebook staat hij niet meer in mijn vriendenlijst. Ik maak me zorgen. Nu zou ik hem willen zeggen dat ik hem snap, wat hij toen zei, over ’t geluk dat ik had met de plek waar mijn wieg stond. Ik zou een biertje met hem willen drinken, ik zou hem gerust willen stellen – al heb ik geen idee hoe.
De naam Yerik is omwille van zijn veiligheid en privacy gefingeerd.
Journalist Lisanne van Sadelhoff (31) woont met haar hond Leo in een klein – maar fijn – appartement in Utrecht. Elke week schrijft zij in Flair over wat haar bezighoudt. Op de hoogte blijven van onze leukste artikelen en winacties? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.