Tess Beeld Getty Images
TessBeeld Getty Images

PREMIUM

Dagboek Tess: ‘Mijn lichaam reageert weer met stress. Klamme handen, verhoogde hartslag, gejaagd gevoel’

Wat is er aan de hand: erop vertrouwen dat Onno nu echt stopt? Tess vindt het lastig.

Ik ben klaar met werken. Liva is bij een vriendinnetje, Jonas is bij zijn neefjes en Leon is nog op de praktijk. Door het raam schijnt de lage voorjaarszon.

Minuscule stofdeeltjes zweven door de lucht. Uiteindelijk zal de zwaartekracht ze doen neerdalen en komt er weer een menselijke hand aan te pas om ze van de meubels of de vloer te vegen. Ik moet de neiging onderdrukken om niet meteen de stofzuiger te gaan pakken.

Nee, ik blijf zitten. Eigenlijk moet ik gaan koken, de kinderen halen en de tafel dekken. Maar in dit moment van ultieme rust, waarin alles is zoals het moet zijn, voel ik me plotseling zo intens vredig. Dit klinkt alsof ik de Heilige Maagd Maria heb gezien, wat absoluut niet het geval is, maar het is wel een soort openbaring.

Het geloof dat dit het leven kan zijn, rustig, gelukkig, zorgeloos. Natuurlijk blijft het nooit zonder zorgen, zoveel weet ik inmiddels ook wel, maar na zoveel jaren te hebben moeten leven met die eeuwige last, die constante dreiging, is het nu even een verademing. Dus blijf ik zitten en kijk ik om me heen naar alles wat de zon oplicht.

Ik word uit mijn mijmeringen wakker geschud door het trillen van mijn telefoon. Het is Boris. Meteen reageert mijn lichaam weer met stress. Klamme handen, verhoogde hartslag, gejaagd gevoel. “Wat is er aan de hand, Boor?”

“Huh… Niks…” reageert mijn broer verbaasd.

Ik realiseer me dat dit inderdaad een vreemde manier is om de telefoon op te nemen. “Sorry, de laatste tijd was er nogal veel aan de hand.”

“Dat kun je wel stellen,” zegt hij met een snuiflach. “Misschien dat ik daarom ook bel. Ik wil je bedanken voor wat jij en Leon hebben gedaan. Het moet een hel zijn geweest, al die gesprekken met instanties. Maar het is klaar, toch?”

“Ja, hij kan ons niks meer doen.” Ik geloof het terwijl ik het zeg.

“Dat is fantastisch, Tess. Het is vandaag voor het eerst sinds het overlijden van Anne, sinds ik weet dat Bibi niet mijn… Je weet wel.”

“Dat zouden we niet meer zeggen.”

“Nee, daarom zeg ik het ook niet.” Ik hoor hem diep inademen. “Tess, ik bel je om te zeggen dat ik me voor het eerst weer een beetje gelukkig voel. Dit klinkt sentimenteel en dat ben ik ook, maar het is waar. We moeten koesteren wat we hebben, meer dan ooit, zussie.” Ik meen een snik in zijn stem te horen.

“Dat moeten we.”

“Goed dan,” klinkt hij nu weer daadkrachtig. Op de achtergrond hoor ik gerommel. Er lijkt een deur open te gaan. “Dan denk ik dat dit het juiste moment is.”

“Waarvoor?” vraag ik verbaasd.

“Kom maar!”

“Wat bedoel je?”

“Nee, ik had het niet tegen jou, ik ben hier met wat mensen.”

“Wat voor mensen?” Hij is niet te volgen.

“Ken je niet. Doorlopen, ja jij ook. Goed zo.”

“Ben je op je werk?”

“Nee, nee…”

Ik hoor de bel gaan. “Wacht even Boor, er staat iemand aan de deur.”

“Ik wacht wel.”

Met de telefoon in mijn hand loop ik naar de voordeur en trek hem open.

Mijn hele familie staat daar; Leon, Liva, Jonas, Boris met de tweeling, Bibi, oma en opa. In koor roepen ze: “Surprise!”

Dit ‘Dagboek van Tess’ komt uit Flair 12-2023.

Tess BleekerGetty Images

Op alle verhalen van Flair rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@flair.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden