Kiki Faber (27) – inderdaad het nichtje van de welbekende Floor Faber – woont in Amsterdam, waar ze met haar grote mond, impulsiviteit en chaotische gedrag genoeg dingen meemaakt. Op viva.nl/kiki deelt ze elke week haar belevenissen.
Lees ook:
Kiki #149: ‘Ik dacht: misschien kan hij wel mijn buurman met benefits worden’
Dinsdag
Nóg drie dagen quarantaine en ik ben al knettergek van het binnen zitten. En er is niets met me aan de hand, als je het geestelijke aspect niet meetelt. Afgelopen dagen heb ik me in een Netflix-coma gekeken, het nieuwe boek van Lize Spit gelezen, iedereen die wél een leven heeft gestalkt op social, duizenden sterren op mijn plafond geschilderd en mijn haar gewassen in mijn keukentje. Heleen wil absoluut niet dat ik haar douche gebruik, ook niet toen ik aanbood na afloop de badkamer met chloor af te soppen. Alexander wil me ook niet zien. Zelfs toen hij tasje boodschappen kwam brengen, had hij geen zin een deuropeninggesprek op drie meter afstand. Daar knapte ik wel een beetje op af. Het is nu zaterdagavond en ik heb voel me zo opgesloten. Zal ik de ramen opdoen en keihard gillen naar die paar mensen op straat? Misschien belt iemand 112 en sturen ze een ambulance op me af. Spreek ik in ieder geval weer eens iemand in het echt. Ik ga naast Kylie op de bank liggen, kijk naar het plafond en voel me rot. Even later schrik ik wakker van de telefoon. Alexandro, die met me wil facetimen. Voordat ik opneem loop ik snel in de spiegel. Ik zie er niet uit, maar dat snapt hij vast wel. ‘Hi lieffie,’ zegt hij. ‘Hoe voel je je?’
‘Het gaat.’
‘Wat ben je aan het doen?’
Het eerlijke antwoord is: ‘Totaal niets’, maar dat levert geen leuk gesprek op. Daarom zeg ik zo zwoel mogelijk: ‘Ik was een filmpje aan het kijken en het was net of het over ons ging.’
‘Het draaide om een pakjesbezorger en een klantenservicemedewerkster?’
‘Het ging over een meisje met heerlijke tieten die een jongen bereed met een enorme pik.’
Keihard gelach. ‘Nog een paar dagen, dan ben ik weer helemaal je man.’ Vervolgens vertelt hij wat hij vandaag heeft gedaan; pakjes bezorgd, een biertje gedronken bij Finn, en daarna hebben ze roti besteld. Het klinkt allemaal zo normaal en gezellig dat de tranen me in de ogen springen.
‘Hé meisje, nog even volhouden.’ Vervolgens drukt hij zijn lippen op het scherm en dat doe ik dan ook maar. Het voel koud aan.
Vrijdag
Eindelijk mag ik weer naar buiten! Vanochtend heb ik uitgebreid gedoucht en nu fiets ik naar mijn werk. Het motregent een beetje, maar dat maakt me niet uit. Het is zo fijn om weer buiten te zijn, om andere mensen te zien en om normale kleren aan te hebben in plaats van een quarantainehangpak. Bij het warenhuis loop ik meteen door naar George’s hok. Zou hij al beter zijn? Maar er zit een andere man koffie te drinken.
Op mijn afdeling is alleen mijn collega Marije aanwezig. Ik heb haar ontzettend lang niet gezien en daarom kletsen we uitgebreid bij. ‘En hoe is het met George?’ vraag ik.
‘Oh meid. Heb je het niet gehoord? Hij is opgenomen in het ziekenhuis.’
Op de hoogte blijven van onze leukste artikelen en winacties? Schrijf je in voor de VIVA-nieuwsbrief